BEST - Een 38-jarige man uit Best is door de rechtbank Oost-Brabant veroordeeld voor een doodsbedreiging en verboden vuurwapenbezit. Ook mishandelde hij eerder zijn vrouw. Hij krijgt een gevangenisstraf van 210 dagen, waarvan 118 dagen voorwaardelijk, en 90 uur taakstraf. Daarnaast moet hij een eerder voorwaardelijk opgelegde taakstraf van 30 uur uitvoeren.

In december 2021 reed een man ’s ochtends vroeg met zijn auto de Joe Mannweg in Best in. Hij hoorde daar iemand om hulp roepen en zag plots de verdachte en zijn hond vlakbij zijn auto opduiken. De verdachte riep dat de man moest wegwezen en richtte een vuurwapen op hem. Terwijl de man gas gaf om weg te komen, loste de verdachte een schot in zijn richting. De rechtbank oordeelt dat er sprake was van een doodsbedreiging.

De politie trof het vuurwapen later in de slaapkamer van de verdachte aan, onder een kussen. Het wapen was doorgeladen met een scherp patroon. Verder had hij nog een aantal andere patronen en een patroonhouder in bezit.

De rechtbank veroordeelt de verdachte ook voor mishandeling. In oktober 2020 was hij samen met zijn vrouw in een paviljoen nabij zijn huis. Het stel kreeg ruzie over onder meer het drugsgebruik van de verdachte. Hij gaf haar tijdens die woordenwisseling een vuistslag in het gezicht.


Enorm geschrokken

Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachte richting een willekeurig persoon heeft geschoten. Dit terwijl de man juist afkwam op het hulpgeroep van de verdachte. Het slachtoffer schrok enorm van het incident en voelde zich erg bedreigd. Ook weegt mee dat de verdachte een verboden vuurwapen in bezit had en zijn partner mishandelde terwijl haar jonge kind in de nabijheid was.

Volgens een psycholoog is sprake van onder meer ADHD en een aantal disfuncties die samenhangt met een onrijpe persoonlijkheidsontwikkeling. De rechtbank beschouwt hem daarom als verminderd toerekeningsvatbaar. De verdachte werkt inmiddels goed mee aan de behandeling van zijn problematiek en houdt zich doorgaans aan de afspraken met de reclassering. Al met al legt de rechtbank een deels voorwaardelijke celstraf en een taakstraf op. Aan het voorwaardelijke strafdeel koppelt de rechtbank bijzondere voorwaarden. Zo krijgt hij een meldplicht bij de reclassering, moet hij meewerken aan een gedragsinterventie voor zijn alcohol- en drugsgebruik en zich ambulant laten behandelen voor zijn problematiek.

Tot slot moet de verdachte nu alsnog een eerder voorwaardelijk opgelegde taakstraf van 30 uur uitvoeren.