De zaak kwam in mei 2021 aan het rollen na een melding bij het team Mensenhandel van de politie Oost-Brabant. Vanuit een woning in Eindhoven zou het misbruik hebben plaatsgevonden. Al gauw kwamen de twee vrouwen als verdachten in het vizier en bleek dat twee meisjes werden ingezet voor tal van werkzaamheden, waaronder het plegen van winkeldiefstallen en het hebben van seks, onder meer via de webcam.
Mensonterend
De mensonterende wijze waarop de verdachten ‘te werk’ gingen, blijkt onder meer uit het feit dat hun slachtoffers bijvoorbeeld moesten slapen in het washok of op de grond. Hun bankpassen werden ingenomen en de meisjes werden geïsoleerd van familie en vrienden. Ze werden langere tijd mishandeld, bijvoorbeeld als er niet genoeg geld werd verdiend. De vrouwen werden vernederd en bewust gehouden van het feit dat ze nergens anders terecht konden. Ze hadden amper vrijheid. Een van de twee werd nog wel voor de keuze gesteld: ga je drugpakketjes rondbrengen óf de prostitutie in? Het werd het laatste.
Verklaringen
In het onderzoek werden de slachtoffers uitgebreid gehoord. Ze deden afzonderlijk van elkaar aangifte op verschillende momenten. Ze kenden elkaar voor de aanhouding van de verdachten niet en dat maakt dat het OM hun verklaringen geloofwaardig acht: ‘Ze moeten in samenhang met elkaar worden gezien. Naast hun verklaringen is er het berichtenverkeer, zijn er geluidsfragmenten en bankgegevens. Die bewijsmiddelen sluiten aan bij de verklaringen van de slachtoffers’, zegt Kramer.
'Gruwelijk misbruik'
De verdachten verdienen volgens de officier van justitie straf: ‘Zij hebben op een gruwelijke wijze misbruik gemaakt van deze kwetsbare meisjes.’ Bij het bepalen van de strafmaat heeft het OM ook gekeken naar de achtergrond van de verdachten: ‘Bij de vrouwen zijn uiteenlopende stoornissen vastgesteld, die onmiskenbaar van invloed zijn geweest op hun gedrag. Maar voor mij staat vast dat deze verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan een van de ernstigere delicten uit het Wetboek van Strafrecht: mensenhandel. Een delict waarbij er een zeer grote en blijvende inbreuk wordt gemaakt op de lichamelijke en geestelijke integriteit.’
Het OM eist gevangenisstraffen van 6 en 5 jaar. Uitspraak in de zaak is over twee weken.