In deze eerste editie van het tweejaarlijkse Cybercrimebeeld Nederland ligt de focus op complexe online criminaliteit gericht op ICT-systemen. Het rapport is uniek, omdat het inzicht geeft in het cybercrimelandschap vanuit het opsporingsperspectief. Zo zien OM en politie een aantal belangrijke ontwikkelingen waaronder de opkomst van datadiefstal en -handel, het zorgwekkend aandeel van jonge cybercrimeverdachten en de vermenging met traditionele criminaliteit. Verder wordt de impact van cybercrime op slachtoffers onderschat.
Instap cybercrime eenvoudiger
OM en politie zien dat de stap naar cybercrime eenvoudiger is geworden. Moest een cybercrimineel vroeger technisch onderlegd zijn, nu koopt hij diensten, producten en handleidingen gemakkelijk online. ‘Via Telegram, fora en het dark web kun je kant-en-klare software en sites kopen om mensen op te lichten inclusief contactgegevens en belscripts. Voor een paar honderd euro stap je in en kun je met slechts enkele slachtoffers per week veel geld verdienen’, zegt Stan Duijf, Hoofd Operatiën, Eenheid Landelijke Opsporing en Interventies en portefeuillehouder cybercrime bij de politie. ‘Verder zien we dat cybercriminelen gestolen data kopiëren, waarna ze gelijk overgaan tot afpersing in plaats van het eerst te versleutelen. Die data worden vervolgens verrijkt met bijvoorbeeld andere datasets en doorverkocht
.’
Zorgen over jongeren
Een zorgelijke ontwikkeling is ook dat de helft van de cybercrimeverdachten die voor de rechter moet verschijnen 25 jaar of jonger is. Een criminele loopbaan kan beginnen bij het spelen van online games. Jongeren zoeken daarin grenzen op zoals je tegenstander uitschakelen met een DDoS-aanval. Op hackfora lezen ze mee
.
Leren over andere ‘trucjes’. Zo rollen ze “spelenderwijs” de wereld van cybercrime in.Vermenging met traditionele misdaad
Daarnaast constateren politie en OM dat cybercrime zich niet ‘beperkt’ tot het wereldwijde web. Er vindt steeds meer vermenging plaats met traditionele misdaad. Cyber-officieren van justitie zien in hun onderzoeken dat verdachten zich niet uitsluitend met cybercrimedelicten bezighouden. Zo worden geregeld wapens, munitie en explosieven aangetroffen bij - soms zelfs minderjarige- verdachten. Andersom geldt ook dat de politie via geweldsdelicten of illegaal wapenbezit uitkomt bij verdachten van ernstige cyberdelicten.
Diepe sporen
Ook de impact van cybercrime op slachtoffers wordt onderschat. Het laat diepe sporen achter. Uit onderzoek blijkt dat particuliere slachtoffers van cybercrime meer emotionele dan financiële schade ondervinden. Daarnaast krijgen zij vaak te maken met ‘victim blaming’ waardoor ze dubbel slachtoffer zijn.
Noodzaak samenwerken met publieke en private partners
Cybercrime kent vele verschijningsvormen en ontwikkelt zich continu. Een standaard aanpak is daardoor niet mogelijk. De bestrijding vraagt om een integrale en systemische aanpak. OM en politie zijn een belangrijk onderdeel en sluitstuk van die brede aanpak, waarbij publieke en private partners ook een cruciale rol spelen in de bestrijding van cybercrime.
Rutger Jeuken, hoofdofficier van justitie van het arrondissementsparket Midden-Nederland en portefeuillehouder cybercrime: ‘Ik kan me voorstellen dat cybercrime voor veel mensen abstracte materie is. Het Cybercrimebeeld vertelt juist het verhaal achter deze fnuikende vorm van criminaliteit. Het geeft handen en voeten aan de droge cijfers.’